BACK

Weekly Residuum 256 - augustus 2005 B
© foto en tekst Koen Nieuwendijk




Wat heb ik me zorgen gemaakt om het ruimteveer Discovery, dat om de haverklap kampte met loslatende hitteschilden. Dat roept een jeugdherinnering bij mij op. Ik heb mijzelf nooit een begenadigd knutselaar gevonden, zeker niet in het midden van de vorige eeuw, en kan dat staven met de beschrijving van mijn pogingen een echt drijvend bootje te maken. Ik zaagde daartoe plaatjes triplex van uiteenlopend formaat, die ik met houtlijm aan elkaar plakte tot iets wat in de meetkunde een veelvorm heette. In mijn jeugd althans, want niet alleen overheidsorganen krijgen onophoudelijk een nieuwe naam, ook eenvoudige pedagogische en leerstellige principes zijn hetzelfde lot beschoren, maar daarover later. Die houtlijm loste op, waarna ik mijn toevlucht nam tot kleine spijkers. Zo bleef het gevaarte na tewaterlating qua vorm intact, maar van verbetering van het drijfvermogen was geen sprake. Mijn volgende daad bestond daarin dat ik de naden met slierten stopverf dichtdrukte. Dat werkte in ieder geval even. Aan dat geknoei moest ik met onrust in het hart denken toen ik las over die met pasta vastgekitte maar vrijelijk rondvliegende tegeltjes.

Maar schuin boven een van die deprimerende berichten werd melding gemaakt van een flatgebouw in Heerlen waarvan een gevelplaat losraakte. Hoe vreemd gaan gedachten, maar de associatie met het visuele bedrog van de vertrekkende trein, die u, gezeten in een andere trein, doet denken dat juist de uwe wegrijdt zonder dat u dat voelt, was onweerstaanbaar. Want ik zag even voor mijn geestesoog gebeuren dat het flatgebouw statig maar beslist het luchtruim koos, terwijl ik, gezeten achter de patrijspoort van de Discovery, al wachtend tot de kleefpasta droog zou zijn, dacht dat ik gelijk met de gevelplaat de grond in zakte.





BACK