De eerste tentoonstelling van het nieuwe seizoen, dat voor ons in oktober
begint, bestaat uit recente schilderijen van Anneke van Brussel.
Van Brussel heeft de laatste twee jaar veel meegemaakt, waarvan het
merendeel u niets aangaat. Tijdens haar omzwervingen nam zij in Frankrijk
-hoe moet je dat zeggen, per ongeluk, soms gaan die dingen zo- deel aan een
regionale wedstrijd van kunstenaars. In Nederland is dat minder
gebruikelijk, wij zeggen onmiddellijk dat kunstwerken onvergelijkbare
grootheden zijn, waarmee je niet kunt winnen of verliezen, al kent het
officiële kunstcircuit -wat is dat nu weer- wel degelijk een grondig
onderscheid tussen wat artistiek correct is en wat niet, maar, -toegegeven-
dat is niet hetzelfde als een eerste of een tweede prijs. Hoe dan ook,
Anneke van Brussel, die de deelname eerder beschouwde als een gebaar van
acclimatisering, won tot haar schrik die wedstrijd. Dat was, voor de
volledigheid, in het dorpje Chateau Arnoux, Saint Auban (Alpes de Haute Provence), het
deelnemersveld bestond uit een zaal vol autochtone kunstenaars, die zwijgend de
prijsuitreiking gadesloegen.
Anneke van Brussel, "Blauwe Kom" 1999, acryl/papier op paneel, 74 x 54 cm Anneke van Brussel, "De Bietenoogst" 1999, acryl/papier op paneel, 74 x 54 cm Bovenstaande bieten komen uit de volkstuin van Anneke van Brussel. De poetische uitstraling van Nederlandse land- en tuinbouwproducten is bescheiden, maar toch dragen deze bieten een geheim met zich mee. Een complexe verzameling van geheimen en associaties, waarvan de aanwezigheid voldoende is. Uitleg strandt in vraagtekens, het kijken geeft, als u toegang heeft, al wat nodig is. Daarin is Anneke van Brussel een meesteres: zij maakt van het onaanzienlijke iets van levensbelang. Iets beter zo? |