Blaastest |
Ik heb in mijn jeugd vals gezongen, vals blokfluit, vals gitaar, vals klarinet en vals trompet gespeeld, en nog steeds ben ik er heilig van overtuigd dat ik het op de tuba kan maken. Ik ben weer gaan oefenen, nadat mijn huisarts mij verzekerde dat de kans op een gesprongen bloedvat in mijn hersenen een op duizend is, en al begrijp ik dat het niet om aan te horen moet zijn, zwelg ik in mijn eigen oerwoudgeluiden. Ik heb soms de grootste moeite om de grondtonen van mijn instrument te vinden, maar dat komt omdat ik, bevreesd mijn buren te hinderen, voorlopig uiterst zacht blaas. Ik zoek het mede daarom in de allerlaagste regionen, waarbij de lippen in het ruime mondstuk flabberen, met als bijkomend voordeel dat valsheid zich vrijwel aan de waarneming onttrekt. Maar wat zou ik graag losbarsten in quivré -dat is een geluid waarbij de grondtonen samengaan met een toon van enkele octaven hoger, die alleen op volle kracht is te produceren. Als je die kunt blazen, weet je wat een olifant voelt. Dat is een heerlijk gevoel. Er is slechts één aspect dat te denken geeft. Als zulke niet om aan te horen geluiden mij zoveel voldoening schenken, hoe zit het dan met die soms adembenemend valse stukjes, waarvan het schrijven mij minstens evenveel plezier geeft? |