Weer geen Wetenschap XV |
Er komen andere tijden. Zodra nattevingerberekeningen kunnen worden uitgevoerd door bomen als processor te gebruiken, hoeft de doorsnee middenstander geen boekhouding meer te doen. Het is dan voldoende wat notities en al dan niet betaalde rekeningen door een shredder te halen, met water tot een organische vorm te kneden het geheel te onderwerpen aan een MRI-scan om tenslotte middels een random berekening vast te stellen hoe hoog dit jaar voor u de aanslag zal luiden. Fraude zal in dit opzicht niet meer bestaan, want daar tuinen bomen niet in. Het kan zijn dat ik in mijn voorspelling wat fasen heb overgeslagen, maar dat is van ondergeschikt belang. Er zijn al methodieken en technieken waarover ik ooit een mild spottend bedoeld scenario schetste, die inmiddels verouderd zijn. Mijn enige zorg is of ik de gedachtengangen, waaruit al die meanderende vernieuwingen ontspruiten, zal kunnen blijven volgen. Na een decennium van adholahoc in de politiek kan het toch nauwelijks erger worden, in aanmerking genomen dat de meeste stommiteiten met de beste bedoelingen worden begaan. En ik kan het weten, het onhandige dikkerdje dat tijdens een padvinderskamp zijn worsthandjes door de smalle opening van de jerrycan met drinkwater perste, werd door iedereen in bescherming genomen tegen mijn niet te stuiten hoon. Dat moet u toch wat zeggen, in het kader van de hittegolf van deze zomer. Die overigens ook weer voordelen heeft, want het aantal mensen dat zich bekeert tot airco zal drastisch toenemen, waarmee ondanks de geleidelijke stijging van de temperatuur het quotiënt van onze basale intelligentie en het bruto nationaal product gelijk blijft, of misschien wel toeneemt als die hittegolf een toevalstreffer blijkt te zijn, want dan raken we verzeild in het productiviteitsalgoritme van temperaturen waarvan het verschil met de lichaamstemperatuur kleiner is dan tien. Maar een boom heeft daar geen enkele moeite mee, tenzij hij wordt omgehakt. Zo blijft er altijd wat te wensen over. |