Redt de Wereld XIII |
Wat zou het mooi zijn als bloemrijk schrijvende journalisten naast hun mening over wat anderen ervan bakken ook steevast een cijfer gaven aan hun eigen opzweeptaal. Natuurlijk, als ik hun voorhoud dat de mensen hen daardoor juist meer lezen, dan zegt de journalist, als een rasechte actuele kunstenaar, dat dat een veeg teken is dus hij draait mij de rug toe. Ook dat is boeiend, zolang althans tussen de bedrijven door het nieuws tot ons komt, want daar betalen we voor. Dat moet tegelijk de geëngageerde kunstenaar in hem ontlasten, want als je er niks aan kunt doen dat ze je toch betalen, dan kun je dat net zo goed ook verheffen tot kunst. Dus hallikadee, schrijven maar. Ik zou graag willen weten hoe zij dat ervaren, want ìk vind schrijven heerlijk. U denkt natuurlijk meteen dat dat toch afhangt van wat je ermee kunt doen, en ja, dat is tot op zekere hoogte ook wel zo, maar de echte kunstenaar had dat al opgelost: zijn hoogste doel is dat de burger zijn werk verwerpt. Deze vreselijke beschuldiging behoeft nuancering. De dagelijkse praktijk heeft ons geleerd dat logica een utopisch hersenspinsel is, waaraan alleen het verschijnsel dilemma een zweem van rechtvaardiging geeft. Het mooie van de mens is dat hij logisch en onlogisch kan handelen op hetzelfde moment. Of nee, het moet iets bescheidener klinken. Ondanks alle menselijke tekortkomingen heeft het labiele evenwicht tussen ratio en emotie ons toch aardig wat resultaat opgebracht, of in ieder geval vooruitgang, of voortgang dan, verandering, of ja, nou vergeet ik te vragen of u dat wel wilt, want het valt me al schrijvende opeens op, dat het individu zo op het eerste gezicht bar weinig heeft te vertellen over zijn eigen perceptie. Maar inderdaad, er moet voor een schrijver ergens een sprankje hoop leven dat een medemens het geschrevene met zekere instemming leest. Ik weet haast wel zeker dat daar het afwijsimago van de actuele kunstenaar vandaan komt: als je altijd bent afgewezen, of er werd niet naar je geluisterd, dan is de eerste reactie als het eindelijk eens een keer wèl gebeurt -je stapt in een warm bad van genegenheid en begrip, maar zodra je grote teen het wateroppervlak beroert, gooi je de kont voor de krib en zeg je nee, weliswaar hunkerend naar wat je afwijst, maar wat denken ze wel, hadden ze daar niet eerder mee kunnen komen, dus nou hoeft het niet meer- dus tsjoep, slechts even een kringetje in het water, en vervolgens de stop uit het bad en weg met dat warme water. Als de afvoerput tenminste niet verstopt is... Laat ik nou eens voor één keer niet flauw zijn en niet alleen die geteisterde journalisten, maar iedereen, mijzelf voorop, oproepen het eigen optreden te jureren, want het voordeel daarvan is dat zij zich weer thuis kunnen voelen tussen gewone mensen. |