|
Op 2 november, precies tweeëndertig jaar en elf maanden na het oprichten van deze galerie, heb ik voor u het volgende gelezen in een recensie van Eric Bos (Nieuwsblad van het Noorden) die eigenlijk gaat over de tentoonstellingen van Ben Snijders in Anloo en later in Zeist, maar waarin ook ìk mij mag verheugen in zijn aandacht: "Daar (Galerie Lieve Hemel, KN) zijn ze dol op glimlichtjes, op confetti en een vormen- en kleurendecadentie die een zekere minachting koestert jegens de kracht en expressie van de schilderkunstige eenvoud. Zodat de kunst van Lieve Hemel vaak uitsluitend decoratieve versiering is, van een superrealistisch gehalte. Onecht, zeg maar."
Echt waar, ik weet niet of ik me nu gevleid moet voelen of niet. Als je het volk wilt opvoeden heb je namelijk baat bij een boeman. Mag ik dat zomaar zijn, zomaar in het begin van de 21ste eeuw? Onderschat u de betekenis daarvan niet. Ik mag dan wel net zestig zijn geworden en al drieëndertig jaar een galerie drijven, maar te oud voor deze eervolle en dankbare taak voel ik me niet. Als ik de huidige beschikbare geschiedschrijving over het Nederlandse kunstwezen in ogenschouw neem, dan lijkt het net alsof het in de loop van de jaren zeventig en tachtig niet normaal was dat je gedetailleerd schilderwerk veroordeelde, en dat talloze kunstenaars -heel menselijk- zich omwille van een riante uitkering tot abstract werken veroordeelden, want de meeste commissies van de BKR pruimden dat gekriebel hoogstzelden. Persoonlijk vertrouw ik erop dat het vanzelf goed komt. Ik kan me uitstekend vinden in de gedachte dat hoe langer dit stil wordt gehouden, hoe harder de klap als het wel zo ver is. Excuseert u mij mijn zucht naar sensatie. Maar nu is daar opeens Eric Bos. Zou die dat allemaal nog weer eens over willen doen? Daar ga ik toch van tobben. Die prachtige volzin die op onecht eindigt. Misschien moet ik eerst maar eens een certificaat van echtheid verwerven. Zou het helpen als ik zeg dat ik wel eens kippevel heb? Dat kinderen van mij houden en honden op mijn voet gaan liggen? Ik rook niet, of moet dat juist, en ik drink met moeite met mate. Of zou het zijn dat ik zwakke punten heb, zwakke voeten bedoel ik, bijna kaal ben, lui en traag? Dat ik wel muggen doodsla, maar geen levende oesters doorslik, al mag de biefstuk best saignant? Hoe bloot moet ik mij geven? Wat moet ik dan toch doen om mee te tellen in de wereld van Eric Bos? Ook zou ik niet weten of ik al iets vernieuwends aan de maatschappij heb bijgedragen, al is mijn naam toch Nieuwendijk. Is het mijn lot dat die nieuwe dijken juist worden opgeworpen om de onophoudelijke golven van vernieuwing te weerstaan, of zouden ze dienen die vermaledijde onechte decadentie buiten het bastion van creativiteit en echtheid te houden? Of zou -nou schiet het me te binnen- Eric Bos heel diep ver weg verstopt in zijn hart misschien wensen dat ik Neppendijk heette? (voorlaatste correctie 10-11-2001) (laatste correctie 19-11-2001: Echtendijk wordt Slechtendijk) (allerlaatste correctie 27-11-2001: Slechtendijk wordt Neppendijk) Zie ook WR 300 - Redt de Roots |